Wandelroute 7. Warfstermolen - Dokkumer Nieuwe

Afstand: 8 km
Duur: 1,5 uur
Ondergrond: De hele route loopt over verharde paden en wegen. km
Honden: Op openbaar terrein zijn honden toegestaan.
Geopend: januari t/m december

Malle graaf

Bijzondere historische informatie
Kollumerpomp ligt aan een van de oudste dijken van dit gebied. Deze dijk werd omstreeks 1315 aangelegd. Nadat in 1529 een nieuwe dijk om het Nieuwkruisland was aangelegd, werd het een slaperdijk. Kollumerpomp ontstond bij de duiker (pomp) die in de 15de eeuw in de dijk werd aangebracht. De oudste bebouwing bevindt zich aan de zuidzijde van de dijk. Hier vindt u ook de torenloze gereformeerde kerk uit 1906. Op de Nieuwe Zee- of Buitendijk staat een ‘contributiehuisje’ dat het waterschap in 1828 liet bouwen. Het werd gebruikt als stormwachtershuisje en vergaderruimte.

Dokkumer Nieuwe Zijlen
Op de grens van het oude Friese land en de Lauwersmeer bevindt zich het buurtschap Dokkumer Nieuwe Zijlen. Voor 1729, het jaar waarin de sluizen (‘zijlen’) werden voltooid, had het achterland veel te lijden van stormvloeden. Na de zware Kerstvloed van 1717, waarbij honderden mensen verdronken en grote delen van Friesland en Groningen onder water kwamen te staan, werd besloten het Dokkumer Grootdiep ten oosten van Engwierum af te sluiten. Dat idee was overigens niet nieuw. Al in 1584 werden er plannen geopperd om de bijna twee kilometer lange zeegeul bij de monding af te sluiten van de Lauwerszee. Maar de overstromingsschade in 1717 gaf de doorslag.

Landschapskarakteristiek
U wandelt door een gebied dat eeuwen gelden door de Lauwerszee werd gekenmerkt. De Lauwerszee ontstond in de 10de of 11de eeuw, toen stormvloeden in de monding van het riviertje de Lauwers het veen wegsloegen. Omstreeks 1600 kreeg de Lauwerszee zijn latere vorm en oppervlak. Wel werden in de loop van de tijd stukjes ingepolderd, zoals de Eskespolder die u passeert. Het achterland werd door zeedijken beschermd. De route loopt over deze oude zeedijken, die hun functie hebben verloren.

Op 10 juni 1960 werd het besluit tot indijking van de Lauwerszee genomen. Er zou een dertien kilometer lange dijk tussen Groningen en Friesland worden gemaakt. Op 23 mei 1969 werden de laatste caissons afgezonken en twee dagen later was de Lauwerszee het Lauwersmeer. In het Lauwersmeergebied is nu ruim 800 hectare bos aangeplant en heeft er zich zo’n 100 hectare spontaan bos (vooral wilg en els) ontwikkeld.

Begin- en eindpunt
De route begint in Warfstermolen op de Gruytsweg bij het routeknooppuntbord in centrum van het dorp en eindigt bij het sluizencomplex in Dokkumer Nieuwe Zijlen.

Rintjeshoek
Vakantieboerderij Rintjeshoek is een voormalige dijkwachterswoning. De Lauwerszee grensde vroeger tot aan de dijk. De dijkwachter en zijn gezin werden door het Waterschap beloond. Maar dit was onvoldoende om van te leven. Daarom hield het gezin ook schapen en kippen en had het een eigen moestuin en fruitbomen. Als er geploegd, gezaaid en geoogst moest worden, werkte de dijkwachter daarnaast bij boeren in de omgeving. Het hele leven draaide in feite om de natuur en dat voelt u op deze plek intens.

Dijkhuisje in de buurt van Kollumerpomp

Soensterdijk
Op de vroegere zeedijk, de Soensterdijk aan de rand van het Lauwersmeergebied, staat een verzetsmonument, ontworpen door Nico Onkenhout uit Amsterdam die tijdens de oorlogsjaren was ondergedoken in Kollum. Het is een wit natuurstenen beeld van een zittende mannenfiguur. Tussen zijn knieën staat een jong meisje. Man en kind kijken uit over het Friese land. Links op de zetel van de man is het wapen van de gemeente Kollumerland aangebracht en rechts het wapen van de provincie Friesland. Achterop de zetel is een afbeelding van de Nederlandse Leeuw uitgebeiteld. Het beeld is geplaatst op een zuil van oude kloostermoppen, waarin een oorkonde is gemetseld. Het verzetsmonument in Kollumerpomp is opgericht ter nagedachtenis aan Gerrit Bleeker, Heine de Bruin, Jacob de Graaf en Pieter Postma, vier leden van de Nederlandse Binnenlandse Strijdkrachten die in de oorlog omkwamen.

Verzetsmonument op de Soensterdijk


Dokkumer Nieuwe Zijlen
De sluizen van Dokkumer Nieuwe Zijlen werden in 1729 voltooid. De aanleg van de Statendijk en de bouw van de spui- en schutsluizen was een hele operatie, waarbij voor die tijd nieuwe technieken werden ingezet. Zo werden bij deze dijkafsluiting voor het eerst zinkstukken toegepast: gevlochten rijshouten matten die na het afzinken met stenen de bodem tegen uitschuring moesten beschermen. De aanleg van de dijk stond onder leiding van de bekende hoogleraar en waterbouwkundige Willem Loré. De architect van de uitwateringssluizen was Claes Bockes Balck. Het uitwateringscomplex met veertien paar deuren deed ruim 240 jaar dienst. Alle landinwaarts gelegen sluizen verloren met de ingebruikneming van de Dokkumer Nieuwe Zijlen hun functie. De zeedijken werden slaperdijken, die in de loop der tijd gedeeltelijk zijn afgegraven. De Dokkumer Nieuwe Zijlen verloren hun functie met de afsluiting van de Lauwerszee in 1969.

 


 

Dokkumer Nieuwe Zijlen eind 19de eeuw

 

Nieuwe natuur
Even voorbij Dokkumer Nieuwe Zijlen ligt het Diepsterbos. Dit gebied heet Kollumeroord. Sinds de inpoldering van de Lauwerszee is hier op de voormalige zandplaten een interessant natuurgebied ontstaan. Vossen, reeën en hazen kwamen vanaf het oude land het nieuwe gebied binnen. Verschillende eendensoorten, meerkoeten en futen hebben hun toevlucht gezocht tot de voedselrijke vlakten waar rietvelden overgaan in open water. Op de door de Schotse Hooglanders en de grijze konikpaarden begraasde terreinen leven de bruine en grauwe kiekendief en in de vochtige weilanden de kievit en de tureluur. Roofvogels als slechtvalk, smelleken, ruigpootbuizerd en zeearend komen hier ook voor, een enkele keer zelfs de kraanvogel.